Menu

Dankzij een tijdelijke voorziening van de Raad van State mag een aantal kleinere rondvaartrederijen voorlopig blijven rondvaren in Amsterdam. Maar de toekomst blijft onzeker zolang de vergunningen-loterij voor rondvaartboten blijft bestaan. De stichting Amsterdamsche SalonVloot wil een uitzondering voor historische salonboten.

Door Heere Heeresma, Schuttevaer, Kielzog, 6 maart 2024

Reinhard Spronk (1970) met zijn vrouw Miloe van Bodegraven eigenaar van Rederij De Jordaan, komt uit de lucht- en ruimtevaart. Voor de KLM was hij commercieel directeur van de regio Kazachstan tot aan Marokko met als standplaats Istanboel. Ook was hij commercieel directeur bij het ruimtevaartbedrijf van Michiel Mol. ‘Na Richard Branson heb ik de meeste tickets naar de ruimte verkocht,’ vertelt Reinhard lachend. ‘Ik vloog twee keer per week rond de wereld, maar mijn vrouw begon baby’s te krijgen, dus besloot ik iets lokaals te gaan doen. We zijn ooit getrouwd op Het Wapen van Amsterdam, de grootste salonboot die op de Amstel varen kan, en we wilden ooit, na ons pensioen, een salonboot kopen. Juist op dat moment schreef de gemeente Amsterdam een loterij voor exploitatievergunningen voor rondvaartboten uit. We deden mee en wonnen twee vergunningen voor onbepaalde tijd.’ Thans vaart Reinhard met de salonboten Welmoed (1932) en Farahilde (1908). Hij omschrijft Rederij De Jordaan als een rederij voor kleine groepjes die alleen op afspraak vaart.

Eindige vergunning

Reinhard en Miloe bouwden hun gezin op Rederij De Jordaan en de toekomst zag er rooskleurig uit. Totdat de gemeente Amsterdam als donderslag bij heldere hemel aankondigde dat de exploitatievergunningen-voor-onbepaalde-tijd zullen worden ingetrokken. Dit om te gehoorzamen aan de Europese Dienstenrichtlijn die een gesloten markt verbiedt. De markt moest toegankelijk zijn voor nieuwe rondvaartondernemers. Eigenaren van rondvaartboten konden zich inschrijven voor een loterij om kans te maken op vergunningen voor bepaalde tijd. ‘Een voorbeeld van een onbetrouwbare overheid,’ noemt Spronk deze gang van zaken. ‘Ik ben gestopt in de lucht- en ruimtevaart en heb me helemaal op die rederij gefocust op basis van vergunningen voor onbepaalde tijd. Het kan toch niet zo zijn dat ik leningen ben aangegaan en een paar ton in historische salonboten heb gestopt en dat de gemeente dan de exploitatievergunningen intrekt!’ 

Weg kleinschaligheid

Bij de eerste tweejaarlijkse loterijronde van 2020 waren er 712 aanvragen voor 155 vergunningen. De kans om je vergunning terug te winnen: één op vijf. Een aantal salonbootreders heeft toen het loodje gelegd. ‘De gemeente vindt dat er teveel toeristen in de stad zijn, dus willen ze de vergunning op mijn salonbootjes voor zes passagiers intrekken met de grote kans dat die vergunningen worden gewonnen door boten met 50 passagiers. Want als je alleen nog vergunningen kunt winnen voor 6 of 10 jaar, dan doe je dat met een boot waar je zoveel mogelijk mee kunt verdienen. Daardoor dreigen de kleine historische salonboten mettertijd te verdwijnen.’

SalonVloot

Om de historische salonboten van de vergunningenloterij uitgezonderd te krijgen heeft Spronk met Vincent Horbach van Rederij Prinsengracht en Nico Bax van Classic Boat Dinners de stichting Amsterdamsche SalonVloot opgericht. Hun boten zijn erkend varend erfgoed en die horen op de Amsterdamse grachten thuis, menen zij. Advocaat Peter Nicolaï, tevens senator van de Partij voor de Dieren, denkt dat dit standpunt kans maakt. Hij vertegenwoordigt meerdere salonbooteigenaren in een beroepsprocedure bij de Raad van State tegen de gemeente Amsterdam. ‘Een van mijn standpunten is dat er een aparte categorie had moet komen voor salonboten die erkend maritiem erfgoed zijn,’ aldus Nicolaï. ‘Als de gemeente erfgoed wil veiligstellen, dan is dat een algemeen belang dat ze in deze verordening kunnen meenemen. In feite is het exploiteren van die boten een manier waarmee het behoud van dat erfgoed mogelijk wordt gemaakt. Zodra die exploitatievergunning vervalt is dat varende monument ten dode opgeschreven, want niemand gaat er geld in stoppen om het te behouden.’

Damocles

Rederij De Jordaan hoort nu nog niet bij de schrijnende gevallen die 1 maart hun vergunning toch nog even mogen behouden in afwachting van een definitief oordeel van de Raad van State. ‘Maar alle Amsterdamse salonbootreders leven onder een zwaard van Damocles,’ zegt Reinhard. ‘Ik mag in 2026 niet meer varen met de helft van mijn vloot, en in 2028 met geen enkele boot als ik niet het geluk heb dat ik de loterij win. Elke twee jaar hangt mijn bedrijf aan het zijden draadje van een loterij. Als mijn vrouw en ik ons bedrijf kwijt zijn, dan hebben we geen inkomen meer. Dat kan toch niet?’

Click to rate this post!
[Total: 1 Average: 5]